Wie vanaf 1 januari 2022 de nieuwe eigenaar, opstalhouder of erfpachter wordt van een bedrijfsgebouw, zal dit binnen de 5 jaar moeten renoveren, tenzij de minimumeisen al zijn gehaald. Dat heeft de Vlaamse regering vorige week beslist.
Niet-residentiële bestemming
De renovatieverplichting komt er voor eigenaars in volle eigendom, opstalhouders en erfpachters van gebouwen met een niet-residentiële bestemming (bedrijfsruimten en kantoorgebouwen). Om de bestemming te kunnen bepalen, wordt er gekeken naar het feitelijk gebruik van het onroerend goed op het moment van het verlijden van de akte van aankoop of het vestigen van het recht van opstal of erfpacht. Als een niet-residentieel gebouw pas daarna een andere bestemming krijgt, dan betekent dit niet dat de renovatieverplichting niet meer zou gelden.
Het Energiebesluit voorziet een negatieve oplijsting zodat duidelijk is wat onder niet-residentiële gebouwen valt. Alle gebouwen zijn niet-residentiële gebouwen met uitzondering van:
Gebouwen die op basis van deze oplijsting als niet-residentiële gebouwen worden aangemerkt, zijn oa. handelszaken, kantoren en horecazaken.
Fase I: 4 maatregelen
De renovatieverplichtingen om niet-residentiële gebouwen aan een minimaal energieprestatieniveau te laten voldoen, worden in verschillende fasen opgelegd. In een eerste fase, sinds 1 januari 2022, worden er vier energiebesparende maatregelen opgelegd:
Aan deze maatregelen moeten zowel grote als kleine niet-residentiële gebouwen voldoen binnen de vijf jaar na het verlijden van de authentieke akte houdende aankoop, dan wel vestigen van een opstal- of erfpachtrecht. Koop je een bedrijfsgebouw of kantoor dat reeds voldoet aan deze minimumeisen, dan geldt deze verplichting uiteraard niet.
Gebouw < 500 m²
Een nieuwe eigenaar van een gebouw kleiner dan 500 vierkante meter, zal vanaf 1 januari 2022 binnen de vijf jaar na de overdracht, aanvullend op het minimaal maatregelenpakket, een energielabel C of beter moeten behalen. Grote niet-residentiële gebouwen moeten vanaf 1 januari 2023 nog een stap verder gaan. Binnen de vijf jaar na de overdracht moeten zij ook nog over een minimaal aandeel hernieuwbare energie van 5 procent beschikken.
Minister van Energie Zuhal Demir: "28 procent van onze CO2-uitstoot komt naar buiten via versleten daken en slecht geïsoleerde muren, ramen en deuren. Niet alleen in particuliere woningen is dat het geval, ook bij niet-woongebouwen. Met de renovatieverplichting verhogen we de renovatiegraad én investeren eigenaars in een lagere energiefactuur voor zichzelf."
bron: www.nav.be